Wat is medezeggenschap?
Iedereen die op een universiteit of hogeschool zit, inclusief studenten en personeel, mag meedenken over het beleid van de instelling. Elk jaar zetten zowel centrale als lokale groepen zich in om op te komen voor de belangen van studenten en medewerkers. Dat is belangrijk voor iedereen, inclusief het bestuur van de hogeschool (CvB, College van Bestuur). Studenten worden zelfs gezien als experts op hun vakgebied, dus hun ideeën zijn extra waardevol. Door ervoor te zorgen dat studenten inspraak hebben, wordt ervoor gezorgd dat iedereen zijn zegje kan doen. Tijdens de vergaderingen van deze groepen komen allerlei onderwerpen aan bod. Ze krijgen stukken van hogerhand om goed te keuren, om advies over te geven, of gewoon ter informatie. Ook kunnen ze onderwerpen bespreken die vanuit de studenten zelf komen, bijvoorbeeld vanuit de klas. De mensen in deze groepen hebben als taak om kritisch te kijken naar de plannen van de hogeschool, om mee te denken en soms ook om heel vastberaden op te komen voor wat belangrijk is. Deze mensen zijn goed op de hoogte van wat er gebeurt binnen de instelling. Ze weten wie ze moeten benaderen en zorgen ervoor dat anderen hen ook kunnen bereiken. Eigenlijk zorgen deze groepen ervoor dat iedereen een stem heeft in hoe de instelling wordt bestuurd.
Medezeggenschap op de Hanzehogeschool Groningen
Het bestuur van de Hanzehogeschool Groningen hecht er veel belang aan dat zowel medewerkers als studenten hun stem laten horen en actief deelnemen aan besluitvorming. Binnen de organisatie zijn verschillende partijen betrokken bij medezeggenschap. De Hanzehogeschool Groningen heeft twee niveaus van leidinggevenden. Het College van Bestuur (CvB) staat aan het roer en geeft leiding aan de Deans en stafdirecteuren, die op hun beurt verantwoordelijk zijn voor het leiden van een school of stafbureau. Elk van deze niveaus heeft zijn eigen groep medezeggenschapsraden.
De Hogeschoolmedezeggenschapraad (HMR) is de sparringpartner van het CvB en behandelt kwesties die meer dan één school, stafdienst of de hele hogeschool aangaan. Elke school heeft ook zijn eigen medezeggenschapsraad (SMR), die als sparringpartner fungeert voor de Dean. De SMR bespreekt beleidskwesties die specifiek betrekking hebben op die school. Soms wordt de SMR ook aangeduid als IMR (instituutsmedezeggenschapsraad) of AMR (academiemedezeggenschapsraad).
Om ervoor te zorgen dat elke medewerker en student van de Hanzehogeschool Groningen gelijke kansen heeft om deel te nemen aan een medezeggenschapsraad, worden er regelmatig verkiezingen gehouden volgens duidelijke regels. De studentengeledingen worden jaarlijks gekozen, terwijl de personeelsgeledingen om de twee jaar verkiezingen ondergaan. De verkiezingscommissie houdt toezicht op het verloop van deze verkiezingen.
Geschiedenis van de medezeggenschap
Nederlandse universiteiten hebben niet altijd een studentengeleding in de raad gehad. Er was geen ruimte voor inbreng van studenten om mee te denken over de vormgeving van opleidingen. In de loop van de jaren ‘60 bracht dit enige spanning met zich mee. Studenten besloten om het bestuurlijk centrum van de Universiteit van Amsterdam, Het Maagdenhuis, te bezetten met als doel: meer zeggenschap over het eigen onderwijs en toegankelijkheid van het onderwijs voor iedereen die de capaciteiten had. Door middel van deze bezetting wilden ze kracht uitoefenen op het bestuur om meer inspraak vanuit studenten te krijgen. Deze eerste bezetting van het Maagdenhuis duurde van 16 tot en met 21 mei 1969 en is het begin van democratisering in het onderwijs.
Toenmalig minister van Onderwijs en Wetenschappen Veringa heeft ervoor gezorgd dat de Wet Universitaire Bestuurshervorming door de Tweede Kamer kwam, die studenten meer invloed verschaften. Raden werden ingericht waarin studenten en personeelsleden plaats konden nemen.
In de jaren ‘80 werden collegegelden verhoogd en het systeem van studiefinanciering ingevoerd. In de jaren ‘90 kwam er een nieuwe wet: de ‘MUB’ (Modernisering Universitair Bestuur). Dankzij deze wet werden er managementlagen in de universiteit toegevoegd. Inspraak werd nu geregeld door de medezeggenschap.
In 2010 werd de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) ingevoerd. Na een aantal studentenprotesten werd in 2016 de Wet versterking besturing aangenomen waardoor opleidingscommissies instemmingsrechten hebben gekregen en een medezeggenschapsorgaan zijn geworden. De WHW is een kaderwet. Dit betekent dat de rechten die voor de medezeggenschap staan beschreven het absolute minimum zijn. Het is aan de onderwijsinstelling vrij om de medezeggenschap meer rechten te geven.
Meer weten?
Als jij meer wil weten over de medezeggenschap en de zaken die daarbij horen, neem dan contact op met de fractie van Lijst STERK. Zij willen jou graag verder informeren over de verschillende mogelijkheden van inspraak die jij hebt. Als student heb jij meer macht dan je denkt! De contactgegevens van de fractie zijn te vinden op de fractie pagina, druk maar op de knop!